Manypedia: handige vertaalhulp

Manypedia laat je toe 2 wikipediapagina’s over een bepaald onderwerp in een andere taal met elkaar te vergelijken.  De teksten worden naast elkaar getoond. Op diemanier raak je snel vertrouwd met een specifieke terminologie in een andere taal.

Via interwiki-links zijn wikipediapagina’s over een zelfde onderwerp in een andere taal met elkaar verbonden.

Er wordt ook een word cloud getoond met de meest gebruikte woorden in een bepaald artikel en er wordt tevens vermeld hoeveel procent van de teksten met elkaar overeenstemt.

Meer vertaaltips? Ga naar http://vertalersnieuws.blogspot.com/

Opslaan en laden in bibsource

Wie ooit al eens SPSS of InDesign via Bibsource heeft gebruikt, zal misschien al gemerkt hebben dat je niet zo eenvoudig aan je opgeslagen documenten kan. Dat komt omdat alle programma's in Bibsource via de servers van de Hogeschool werken. Elke student heeft daarom een eigen ruimte op de server waar bestanden kunnen worden opgeslagen of worden geopend.

Maar hoe geraak je nu aan die ruimte? Dat hangt er van af of je op een pc van de Hogeschool werkt, of op je eigen pc of laptop.

1. Op een pc van Hogeschool Gent

Wanneer je inlogt op een pc van Hogeschool Gent, wordt automatisch verbinding gemaakt met je eigen ruimte op de server. Zo staat de map 'Mijn documenten' niet op de C:-schijf van de computer, maar in jouw map op de G:-schijf (server). Wanneer je een bestand opslaat vanuit een programma in Bibsource komt het in deze map terecht. Tip! Kies altijd voor de optie ‘opslaan als’ om zeker te zijn dat je de juiste opslag locatie hebt gekozen. Wil je een bestand openen vanuit een programma in Bibsource, dan moet je dat bestand eerst kopiëren naar de map
'Mijn documenten'. Een andere methode is dat je via het Bibsource portaal je eigen USB aanspreekt. Vanaf het moment dat je inlogt via Bibsource wordt je eigen USB zichtbaar in je toepassing*. uitleg hierover in de uitgebreide handleiding over bibsource
Op de meeste pc’s van de Hogeschool Gent is het overigens niet toegestaan bestanden lokaal op de C:-schijf van de computer op te slaan.


2. Op een eigen pc of laptop

Wanneer je aan je eigen ruimte op de server wil op een eigen pc of laptop, dan moet je eerst VPN inschakelen. Daarna moet je naar Start en dan in de commandobalk links onderaan \\mijndata.hogent.be\student invullen. Je krijgt een pop-upscherm** waarin je je Hogent-login (voorafgegaan door EDU\ voor studenten en docenten of ADM\ voor administratief personeel) en paswoord moet invullen. Zodra dat gebeurd is, kan je in je verkenner in je netwerklocaties "mijndata.hogent.be" met daarin de map student\homedir terugvinden.
Een andere methode is dat je via het Bibsource portaal je lokale drives of USB aanspreekt. Vanaf het moment dat je inlogt via Bibsource worden deze lokale drives en USB zichtbaar in je toepassing*. uitleg hierover in de uitgebreide handleiding over bibsource

Nog vragen over bibsource?
Een uitgebreide handleiding over Bibsource vind je hier.

*Op voorwaarde dat je in het pop-up scherm hebt aangegeven dat de toepassing volledig toegang heeft tot je lokaal beschikbare drives.
Op sommige computers duurt het enkele minuten vooraleer dit pop-up scherm verschijnt.

Google-trucjes

Afbeeldingen zoeken met Google: het is een fluitje van een cent. Met een eenvoudige zoekactie krijg je duizenden resultaten. Google heeft een simpel trucje om je nog sneller naar de juiste afbeelding te leiden: de vergelijkbare resultaten. Stel: je tikt als zoekterm: jaguar. Dan krijg je als resultaat zowel dieren als auto’s te zien.

Rechtsklik op een afbeelding en kies voor "vergelijkbaar".

Google zoekt nu afbeeldingen die zoveel mogelijk lijken op de afbeelding die je aanklikte. Dat scheelt alweer heel wat klik- en scrollwerk!

Google+? Vind ik leuk

De nieuwe socialwebsite heet Google+. In de testfase had je nog een uitnodiging nodig om mee te kunnen doen, maar nu kan iedereen in de kring gaan staan.

Waarom zou je Google+ overwegen als je al een Facebook-, Twitter- of Netlogaccount hebt? Omdat je in Google+ je vrienden kan indelen in “kringen”. Eéntje voor je scoutsvrienden, ééntje voor je medestudenten, ééntje voor familie, enzovoort. Je bepaalt zelf wie wat kan zien. Een foto van jezelf op de doopcantus hoeft je grootmoeder niet te zien en die chatsessie over dat groepswerk is niet interessant voor je scoutsvrienden. Je moet ook niet meedelen in welke groep iemand zich bevindt. Je buurvrouw mag denken dat ze bij je vrienden hoort, maar dat ze bij de “verre kennissenkring” zit, weet ze niet.

Updates zijn de berichten en wijzigingen van personen uit je groepen. Je kan er ook voor kiezen om enkel de updates van een bepaalde cirkel te volgen. Dat kan handig zijn want voor je het weet zit je een uur updates te bekijken: het tellertje op je scherm loopt snel op en wie kan weerstaan aan het lezen van berichten?

Een ander onderdeel van Google+ zijn de “sparks”: videofilmpjes of artikels die jij misschien leuk vindt. Je krijgt ze zonder er zelf te moeten naar zoeken (nadat je je interesses hebt kenbaar gemaakt). En wat dacht je van de “Hangouts”? Geef aan dat je online bent en kijk wie er nog is. Binnen de twintig seconden ben je aan het videochatten met één of meerdere van je kringgenoten.

Met de +1 knop kan je je waardering geven aan je vondsten op internet. Een lijstje met je +1 sites wordt bijgehouden op een speciaal tabblad in je Googleprofiel.

Google+ gooit zich ook op de mobiele markt met apps zoals het automatisch uploaden van foto’s die je met je smartphone maakte. Huddle laat je toe sms-achtige berichten te versturen. Die komen in dit geval niet bij één persoon terecht maar bij alle leden van een kring, en ook de antwoorden zijn meteen voor iedereen te zien. Google schuift ‘huddle’ naar voren als dé ideale manier om met vrienden af te spreken, al kan je de functie natuurlijk ook gebruiken om snel een update naar een groep contacten te sturen. In tegenstelling tot sms’jes zijn huddle-berichten gratis.

Sinds kort bevat Google+ ook een knop waarmee je YouTubefilmpjes kan zoeken en bekijken zonder Google+ af te sluiten. Je kunt een video een +1 geven of hem delen met je cirkels. Wanneer je een video deelt met je vrienden voegt Google ook een link toe naar een afspeellijst met gerelateerde video’s.

Tot slot nog dit: Google+ heeft eindelijk ook pagina’s voor bedrijven (zoals Facebook). Of ze even succesvol zijn, zullen we moeten afwachten. Dat geldt trouwens voor het hele Google+concept, Facebook blijft een geduchte concurrent.

Sentiment analyse tools voor sociale media

Met sentiment analyse tools worden berichten automatisch gelabeld als positief, neutraal of negatief. Aan de hand van taalanalyse (woordenlijsten met positieve en negatieve woorden) stelt een computer zo vast hoe er over een onderwerp wordt geschreven.

Zo krijg je een statistische weergave van hoe mensen over een merk, gebeurtenis of product denken. De bedoeling is dat je door deze analyse te volgen, kan weten waarop mensen positief of negatief reageren. Vanuit enorme massa’s meningen op het internet wordt dus een algemeen beeld gedestilleerd.

Voorbeelden van Sentiment analysis tools :

Twendz

Twitter Sentiment

TweetSentiments.com.

Social Mention

PLUS november 2011

Ontdek hier de aanwinsten uit de verschillende bibliotheken van de Hogeschool Gent.

Faculteit Bedrijf en Organisatie

Faculteit Natuur en Techniek

Faculteit Mens en Welzijn

Handelswetenschappen en bestuurskunde

Toegepaste Ingenieurswetenschappen

School of Arts

Al onze boeken vind je nog steeds hier terug!

Cadeautjes!

Wij wensen jullie alvast een super eindejaar en tonnen energie en plezier voor een bruisend 2012.

En nog even over onze cadeautjes: bij ons worden het hoofdzakelijk boeken, al zullen wij daar een stuk enthousiaster op reageren. En jullie?

de BYB-redactie